SCROLL
INHOUD
Verkiezingen 2024
Intro / citaat / kerncijfer
1. Ondersteuning van VLAIO
Kaderstuk: digitaliseringsplan van de bouw
2. BIM bij overheidsopdrachten
TOP PAGE
Vaak krijg ik de vraag: bij welke bedrijven en in welke sectoren wil VLAIO innovatie stimuleren? Het antwoord is kort en eenvoudig: bij álle soorten bedrijven, in de hele economie. Dus nee, niet alleen bij start-ups, scale-ups en spin-offs. En nee, niet alleen in sectoren die zichzelf “high tech” noemen. Dus ja, ook bij ondernemingen in de bouwsector. Want ook voor jullie is innovatie van levensbelang. Omdat de technologieën die jullie in één bouwproject integreren razendsnel veranderen. Omdat de verwachtingen die bouwers hebben snel evolueren. Omdat de krapte op de arbeidsmarkt productiviteitsverhogende innovaties in de bouw hoognodig maakt. En omdat we zonder aannemers die vernieuwend werken rond materialen en technieken, de klimaatuitdaging niet kunnen winnen. Dus, beste bouwondernemers, wij zien jullie graag komen, om het met ons te hebben over jullie innovatie-ideeën, en hoe wij die kunnen ondersteunen. Welkom bij VLAIO!”
Mark Andries
Administrateur-generaal van VLAIO
“Buildwise, vroeger bekend als het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB), werd opgericht in 1959 door én voor de bouwsector. Het voornaamste doel van Buildwise is ervoor te zorgen dat innovaties snel en effectief worden geïmplementeerd in de praktijk en een significante impact hebben. De Technische Comités spelen een cruciale rol in de werking van Buildwise. Vertegenwoordigers uit de bouwsector hebben er zitting en bepalen mee de agenda en de prioriteiten. De comités zijn gefocust op drie essentiële pijlers: technologie, duurzaamheid en vakmanschap met een bijzondere nadruk op de toegevoegde waarde van onze diensten en activiteiten voor de bouwaannemers. Het delen en de adoptie van kennis die daadwerkelijk de kwaliteit, productiviteit en duurzaamheid in de sector verbetert, staat dus centraal bij Buildwise. Om de uitdagingen van zowel vandaag als morgen aan te pakken, is onze ambitie om de hele sector in beweging te zetten richting groene en digitale transitie. De bouwsector is complex en gefragmenteerd. Net daarom is een collectieve en geïntegreerde aanpak noodzakelijk om robuuste oplossingen te vinden en product-, proces- of diensteninnovaties van individuele leveranciers en aannemers een kans te geven. Met een duidelijke focus op samenwerking en vooruitgang, de ontwikkeling van nieuwe ecosystemen en bedrijfsmodellen, en het optimaliseren van processen, streven we naar een succesvolle toekomst voor de gehele bouwsector.”
Olivier Vandooren
CEO Buildwise
TOP PAGE
Industrialisatie in de bouw (ill. Machiels Building Solutions)
Bouwsector
Industrie
Andere sectoren
Ecologiepremie Plus
Strategische Ecologiesteun
Strategische Transformatiesteun
KMO-groeisubsidie
Grafiek 31:
Aandeel steun per sector vanuit VLAIO:
Bron: IDEA Consult, Vlaio
100%
80%
60%
40%
20%
Embuild Vlaanderen pleit er dus voor om de portfolio van projecten evenwichtiger te maken en te streven naar een goede balans tussen product-, proces- en diensteninnovatie. Indien dit een streefdoel wordt, zullen er vanuit de sector zowel collectieve als bedrijfstrajecten tot stand komen, die echte stappen voorwaarts zullen betekenen in de context van de uitdagingen van vandaag.
Bedrijfsprocessen kunnen zowel van toepassing zijn voor interne toepassingen (bijv. bij off-site construction) als voor toepassingen op de werf zelf (bijv. geavanceerde BIM-implementaties). Diensteninnovatie biedt heel wat opties voor nieuwe business modellen, waarbij de sector niet alleen gebouwen aflevert, maar ook een rol gaat spelen bij het leveren van diensten gekoppeld aan de gebouwen, wegen en geassocieerde infrastructuur. VLAIO zou ook prioriteiten kunnen definiëren, bijv. door speciale aandacht te besteden aan innovatieve processen of diensten in het kader van klimaat, milieu en duurzaamheid (bijv. innovatieve processen die het effectieve energieverbruik en de effectieve CO2-uitstoot bij installaties en gebouwen reduceren).
Zo goed als standaard schuift VLAIO naar voren dat een project gericht op onderzoek en ontwikkeling (O&O) innovatief dient te zijn om subsidies te kunnen toekennen. Zowel product-, proces- als diensteninnovatie worden in deze definitie meegenomen. Bovendien hanteert VLAIO als belangrijk criterium het belang van bijkomende tewerkstelling die gepaard gaat met de innovatie.
Maar bouwbedrijven ontwikkelen doorgaans geen nieuwe producten. Wel implementeren zij bestaande producten of aangepaste producten in een workflow gecombineerd met op maat gemaakte software. De (aangepaste) hard- en software middelen zelf zijn dan niet innovatief maar de totale workflow wel. Dat gaat eerder over proces- of diensteninnovatie in plaats van productinnovatie. Aangezien de bouw kampt met personeelstekorten helpt procesinnovatie net om met de beschikbare arbeidskrachten veel meer te kunnen realiseren. Dat is cruciaal voor het welslagen voor grote maatschappelijke transities zoals de gewenste renovatiegolf en de energietransitie met de bouw als hefboom.
Embuild Vlaanderen stelt vast dat de huidige portfolio van op innovatie gerichte projecten veel meer gericht is op productinnovatie dan op proces- of diensteninnovatie. Alhoewel men theoretisch aangeeft dat de drie types innovatie evenveel kans maken, blijkt dit in de realiteit toch niet het geval te zijn. Dit speelt uiteraard niet in het voordeel van onze sector die met name via proces- en diensteninnovatie vernieuwing en toegevoegde waarde kan creëren.
De noodzaak om proces- en diensteninnovatie te ondersteunen is de voorbije vijf jaar ook sterk toegenomen als gevolg van o.a. de toenemende klimaatuitdagingen. Bedrijven gaan steeds meer toepassingsgerichte oplossingen implementeren om te voldoen aan de energie- en klimaatdoelstellingen. Louter het implementeren van toestellen en producten volstaat niet, want dit vergt steeds meer kennis over de processen waarbij de combinatie van één of meerdere technieken leidt tot een kwantificeerbaar resultaat zoals het effectief reduceren van de CO2-uitstoot. De grote winst zit in de systeem-, de proces- en de diensteninnovatie.
Die transitie stimuleert proces- en productinnovatie in de hele keten: van bij het ontwerp van gebouwen, over de uitvoering tot de keuze van de meest klimaatvriendelijke (CO2-arme) producten en processen. Niet alleen wil Embuild Vlaanderen in overleg met de overheid nagaan hoe aanbestedingsprocedures deze transitie nog meer kunnen aanmoedigen - denk daarbij onder meer aan de CO2-prestatieladder - ook werkt de bouwfederatie al geruime tijd zelf aan het Vlaams Betonakkoord en het Klimaatdak om duurzaamheid en circulariteit te doen sporen met bouwtechnische robuustheid. Daarnaast zet Embuild Vlaanderen vandaag reeds sterk in op co-creatie met de Vlaamse overheid in een heel aantal subsidieprojecten om de sector tijdig voor te bereiden op de noodzakelijke transities rond circulariteit, biodiversiteit, energie, renovatie, een duurzame lifecycle, waterhuishouding, digitalisering enz.
VLAIO (het Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen) heeft als doel om Vlaamse ondernemingen te stimuleren en te ondersteunen op vlak van innovatie en ondernemerschap. Dit doen ze o.a. door ondernemingen financieel te helpen via subsidies om te kunnen groeien, transformeren of innoveren. Voorbeelden van dergelijke subsidies zijn de kmo-portefeuille, de kmo-groeisubsidie en subsidies voor onderzoeks- & ontwikkelingsprojecten. Uit de evaluatie in 2020 van het Agentschap en zijn waaier aan instrumenten blijkt dat subsidies in beperkte mate worden toegekend aan bouwondernemingen.
• KMO-groeisubsidie: 23% van de toegekende steun gaat naar ondernemingen in de industrie. Daarna volgen ondernemingen in de sectoren ‘informatie en communicatie’ (21%), ‘groot- en detailhandel’ (19%) en ‘vrije beroepen’ (17%). De bouwnijverheid ontvangt slechts 7% van de toegekende subsidies.
• Ecologiepremie Plus: 54% van de toegekende steun gaat naar ondernemingen in de industrie. Daarna volgen ondernemingen in de sectoren ‘vervoer en opslag’ (14%) en ‘groot- en detailhandel’ (13%). De bouwnijverheid ontvangt slechts 6% van de toegekende subsidies.
• Strategische Ecologiesteun: 75% van de toegekende steun gaat naar ondernemingen in de industrie. Daarna volgen ondernemingen in de sectoren ‘groot- en detailhandel’ (11%) en ‘vervoer en opslag’ (7%). De bouwnijverheid ontvangt 0% van de toegekende subsidies.
• Strategische Transformatiesteun: 68% van de toegekende steun gaat naar ondernemingen in de industrie. Daarna volgen ondernemingen in de sectoren ‘groot- en detailhandel’ (11%) en ‘vervoer en opslag’ (7%). De bouwnijverheid ontvangt slechts 2% van de toegekende subsidies.
TOP PAGE
De bouwsector ontwikkelt zich steeds sterker als integrator van de meest uiteenlopende technologieën. Aangezien elk bouwproject unieke uitdagingen met zich meebrengt en aangezien de integratie van verschillende technologieën aangepaste oplossingen vergen, volstaan in de bouw kant-en-klare productinnovaties niet. De sector zet daarom in op procesinnovaties om op maat van een project technieken te combineren. Hierbij wordt de klimaatuitdaging steeds meer de driver met zowel de gewenste renovatiegolf, de fossielvrije energietransitie, natuurtechnische ingrepen als modulaire gebouwen en duurzaam en circulair materialengebruik als speerpunten.
Gezien het stijgende belang van procesinnovatie dient dit net zoals productinnovatie door VLAIO te worden ondersteund. Want niet alleen komt dit rechtstreeks de klimaatuitdaging ten goede, het biedt ook deels een antwoord op het personeelstekort in de sector. En dat is juist één van de voornaamste knelpunten om de nodige transities te verwezenlijken. Dankzij procesinnovatie kan de bouwsector meer realiseren met de beschikbare arbeidskrachten. Dat dient VLAIO als criterium mee te nemen bij de ondersteuning van projecten op bedrijfsniveau. Daarnaast dient er te worden ingezet op collectief en multidisciplinair onderzoek rond biogebaseerde bouwmaterialen en de ontwikkeling van duurzame groenblauwe dooradering in woon- en werkomgevingen.
Voorts wordt de rol van een federatie als Embuild Vlaanderen met zijn lokale verenigingen steeds belangrijker. Naast de "early adopters" onder de bouwbedrijven heb je immers stelselmatig een groeiende groep aan volgers. Met zijn lerende netwerken, beter bekend als TOPICS Vlaanderen en BRICS, heeft de bouwfederatie de laatste maanden op lokaal niveau meer dan 1.800 professionals uit de brede bouwsector bereikt. Nieuwe technieken en innovaties konden daarbij op heel wat betrokkenheid rekenen bij aannemers, architecten, studiebureaus, bouwheren en producenten.
Circulariteit
Materialen
Energiedelen
Comfort
& gebruik
Warmtenetten
Hernieuwbare energie
Fossielvrije energie
Electrificatie
Ventilatie
Heating & cooling
Bio-based materials
Cementvrij beton
Materiaal-reductie
Textiel
beton
Urban
Mining
Circulair
beton
Modulair bouwen
Materialen-paspoort
KLIMAAT
3D Printing
Robots &
cobots
Digitalise ring
Drones
3D Meet- technieken
Artificiele Intelligentie
Exo skeletten
Virtual & Augmented Reality
Building Information Management (BIM)
Internet-of- Thinks (IoT)
Digital Twin
INNOVATIE
in de BOUW
TOP PAGE
01
BIM bij overheidsopdrachten
Embuild Vlaanderen pleit voor een gefaseerde invoering van BIM bij overheidsopdrachten. Vandaag speelt het Facilitair Bedrijf een voortrekkersrol bij de toepassing van BIM. Maar het is belangrijk dat dit zich op een uniforme wijze uitbreidt naar de vele andere Vlaamse gebouwenbeheerders (onder meer voor schoolgebouwen, sportcomplexen en sociale woningen) en naar de lokale besturen. Dan zullen al die beheerders hun patrimonium efficiënter en energiezuiniger kunnen exploiteren.
De klassieke aanbestedingsmethode legt een te sterke nadruk op prijs. De implementatie van BIM bij overheidsopdrachten dient opgenomen te worden in de aanbestedingsmethode en dient deel uit te maken van de gunningscriteria waarbij een gepaste vergoeding wordt voorzien door de opdrachtgever. Er is een initiële meerkost, maar de terugverdieneffecten over de levenscyclus heen dienen in rekening te worden gebracht.
01
02
03
04
Met lean en BIM op 8 maand tijd opgericht eigen kantoorgebouw te Hasselt (ill. Willemen)
(o.a. met betrekking tot duurzaamheid)
Embuild Vlaanderen juicht toe dat uit de ambities van de Vlaamse overheid blijkt dat de meerwaarde van BIM ook door de opdrachtgever expliciet wordt erkend. We stellen bovendien vast dat binnen overheidsdiensten zoals het Agentschap Wegen en Verkeer en het Facilitair Bedrijf al grote stappen vooruit werden gezet om BIM te implementeren bij overheidsopdrachten.
Hoewel vandaag het aantal bouwprojecten met een BIM-methodiek eerder beperkt is, dienen we volop in te zetten op slimme gebouwen met innovatieve technologieën in een IoT-omgeving. Slimme gebouwen met geavanceerde regeling en sturing dragen immers significant bij tot energiebesparingen. Hierbij is BIM cruciaal. Het bevat een grote hoeveelheid aan data over het gebouw of de infrastructuur en vormt de basis voor een "digital twin" die over de gehele levenscyclus van het project wordt beheerd en geüpdatet.
Daarnaast vergt de BIM-aanpak een bouwteamformule: de uitvoerder wordt van bij aanvang betrokken bij een project. BIM en Bouwteams vormen dan ook de ideale tandem om een succesvol project te realiseren. Maar de implementatie van BIM brengt in de ontwerp- en uitvoeringsfase een meerkost met zich mee voor ontwerper en uitvoerder, die de opdrachtgever in rekening dient te brengen. Studies wijzen echter uit dat die extra kost ruimschoots wordt terugverdiend over de levenscyclus van een project. Daarom zijn aanbestedingen nodig die rekening houden met de initiële extra kost en de terugverdieneffecten van BIM.
Een concept als DBFM of Design, Build, Finance en Maintain biedt heel wat mogelijkheden. Het komt erop neer dat architect, bouwheer en (hoofd)aannemer(s) van meet af aan samen rond de tafel zitten om het beste concept binnen een vastgelegd budget uit te werken. Bovendien blijft de (hoofd)aannemer(s) gedurende een lange periode verantwoordelijk voor het volledige of gedeeltelijke onderhoud van het gebouw. Meer dan vroeger moet vanuit een langetermijnvisie worden gebouwd, met kwaliteitsvolle materialen, systemen en afwerkingen. Om aan de verwachtingen van de gebruikers te voldoen, dienen bovendien heel wat technologische snufjes te worden geïntegreerd.
De Vlaamse overheid schuift klimaat- en duurzaamheidsambities naar voren bij het beheer van zijn vastgoedprojecten. Zij willen een voorbeeld zijn op het vlak van milieu- en energie-efficiëntie. Zij nemen certificatiesystemen (ISO50001, ISO14001) en digitale instrumenten (GRO) als basis. GRO is een instrument om de duurzaamheid van bouwprojecten te meten en te vergroten.
Zo wil de Vlaamse overheid in zijn gebouwenpark de broeikasgassen met 40% reduceren tegen 2030. Daarnaast wil zij een primaire energiebesparing van het gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed) realiseren van 2,5% per jaar.
In functie van die doelstellingen en om bouw- en beheerprocessen van bouwprojecten efficiënter te laten verlopen en de informatie-uitwisseling tussen betrokken partijen te versterken, schuift het Facilitair Bedrijf uitdrukkelijk BIM (Building Information Modelling) als tool naar voren. Het Facilitair Bedrijf is de entiteit binnen de Vlaamse overheid die o.a. instaat voor het beheer van het gebouwenpatrimonium.
Er valt heel wat te verwachten van digitalisering. Het is belangrijk om deze technologieën efficiënt te gebruiken, en zo een effectieve...
Oplossingen en ervaringen voor de aannemer
TOP PAGE
In de laatste legislatuur en in het kader van het Vlaams herstelplan heeft de Vlaamse overheid digitale doelstellingen naar voren geschoven voor de werking van haar administratie. Die doelstellingen dienen te worden gerealiseerd om ook (ver)bouwprojecten doelmatiger te kunnen aanvatten.
In dit verband is het concept van het ‘digitaal gemeentehuis’ van belang waarbij burgers maar ook bedrijven tal van documenten online kunnen consulteren en adviseren, aanvragen en ontvangen. Bij openbare onderzoeken zouden burgers en bedrijven via een app op de smartphone kunnen worden verwittigd wanneer een openbaar onderzoek van een plan of een project in hun omgeving plaatsvindt.
De oprichting van een Vlaams datanutsbedrijf - onder de merknaam athumi - en meer specifiek de opmaak van een Vastgoed Informatie Platform kunnen de vastgoedtransacties versnellen. Notarissen en vastgoedmakelaars waarvan de federaties in dit platform participeren, zullen gemakkelijker al de nodige informatie kunnen verzamelen om vastgoed te kunnen verkopen.
De digitale woningpas waarvan de gegevens kunnen worden gedeeld met kandidaat-kopers, dienen steeds meer gegevens te bevatten. Kopers zullen dan beter op de hoogte zijn van de renovatienoden en de tekortkomingen van de gebouwen die te koop worden aangeboden.
Ook zouden aannemers sterk gebaat zijn bij een betere digitale ontsluiting van de bodeminformatie, bijvoorbeeld in het kader van ondiepe geothermie, ondergrondse leidingen en kabels enz. Om de impact van een bemaling op de omgeving in te schatten, gebeurt een screening van de bodemdossiers binnen de invloedssfeer van de bemaling. Deze dossiers moeten nu worden opgevraagd. Maar het zou veel efficiënter zijn dat de overheid deze data uit de DOV (Databank Ondergrond Vlaanderen) gestructureerd en digitaal zou aanleveren en ontsluiten. De Vlaamse overheid heeft verder ook aangegeven te willen voorzien in de uitrol van een slim waterplatform op basis van al de watergerelateerde data.
Ook heeft de Vlaamse overheid de bedoeling om overheidsopdrachten meer op een digitale manier af te handelen vanaf de gunning en de projectopvolging tot het uiteindelijke beheer. Eerder al heeft de Vlaamse overheid aannemers ertoe verplicht gebruik te maken van e-procurement en e-facturatie. Daarbij komt een digitaal handboek voor aannemers voor diverse entiteiten van het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken.
Aannemers zullen ook minder worden geconfronteerd met administratieve verplichtingen vermits de overheden meer dan voorheen het principe van de eenmalige aanlevering van gegevens ('only once') zullen hanteren. Door het gebruik van datamining zal ook de interne werking van de administraties worden geoptimaliseerd.